, [], Whether anger is only towards those to whom one has an obligation of justice?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [11]Zijt beroerd, en zondigt niet; [12]spreekt in ulieder hart op uw leger, en [13]zijt stil. Sela. 11. Alsof hij zeide: Zo gij u vertoornt of onstelt, of over mijne verkiezing tot het koninkrijk, of dat de zaken in het land kwalijk gaan, vergrijpt u daarom niet tegen mij, maar bekeert u en verzoent u met God; of, zijt beroerd; te weten door vrees van Gods zwaren toorn, dien gij op u laadt, en vaart niet voort in het zondigen. 12. Dat is, denkt, overpeinst bij uzelven, [verg. hfdst.14 vs.1, en hfdst.35 vs.25; Matth.24:48; Rom.10:6, Openb.18:7], overwegende uw doen, oordelende uzelven. 13. Laat af van mij te vervolgen.